SPELTOEBEHOREN
1 witte bal
5 rode ballen
5 blauwe ballen in een softe uitvoering.

Prijs: €4,00
Klik om dit artikel toe te voegen aan winkelwagen.

Meer informatie:

WAT IS ER NODIG?
De ideale ruimte om boccia te spelen is een harde, egale vloer. Een officieel bocciaveld is 12,5 x 6 meter. Bij recreatieve wedstrijden en trainingen kan de breedte en diepte worden aangepast aan de groep of aan de individuele wensen.

Je speelt met elf kneedbare met leder overtrokken ballen: vijf rode, vijf blauwe en één witte bal. Ze wegen ongeveer 290 gram en hebben een doorsnede van 82 millimeter.

Voordat je gaat spelen, bepaal je de methode om de bal te werpen: met de hand (boven- of onderhands), met de voet of met een hulpstuk (een goot).

SPELREGELS
Boccia kun je spelen met twee mensen (één tegen één) of in teamverband (twee tegen twee, met een goot of drie tegen drie). Door middel van een toss bepaal je wie als eerste de witte bal mag spelen en in welk vak je moet staan.

De witte bal wordt in het veld geworpen en dezelfde speler probeert zijn gekleurde bal zo dicht mogelijk bij de witte bal te spelen. Daarna is de tegenpartij aan de beurt. Hierna moet de partij gooien die het verste van de witte bal vandaan ligt. Deze partij moet net zolang gooien tot het lukt één van zijn ballen dichterbij de witte bal te spelen dan de tegenpartij enz.

Indien de witte bal tijdens het spel uit het veld wordt gekaatst, wordt de witte bal teruggelegd op een aangegeven centrale plaats in het veld (op het kruis) en daarna gaat het spel verder met de partij die op dat moment het verst van de witte bal vandaan ligt. Ballen die de zijlijn raken of erbuiten liggen zijn uit en worden in een mand aan het einde van het veld gelegd.

PUNTENTELLING
De puntentelling is simpel. Elke van de vijf ballen (per persoon of team) die dichterbij de witte bal ligt dan de dichtstbijzijnde bal van de tegenpartij levert één punt op. Ligt een bal van de tegenpartij op gelijke afstand, dan worden ze tegen elkaar opgeheven.

Individuele wedstrijden worden gespeeld in vier ronden (elke speler speelt om de beurt, dus twee keer, de witte bal).

Teamwedstrijden hebben zes ronden, bij paren (spelers met goot) is dit vier ronden (elke speler speelt één keer de witte bal).

Per partij worden de punten van alle ronden bij elkaar opgeteld en de partij met de hoogste score is de winnaar van het spel.

<< terug naar overzicht